Bent u ook van vóór 1965 ? Dan hebben we heel wat meegemaakt in de Katholieke Kerk. U weet het beslist nog wel en voor het wat jongere kerkvolk, even een opfrissertje met deze aflevering. Het jaar 1965, 8 december om precies te zijn, was er het einde van het Tweede Vaticaans Concilie dat allemaal begon op 11 oktober 1962. Paus Johannes de 23ste (1958 – 1963) riep alle kardinalen en bisschoppen bijeen in Rome. En niet voor een gezellig samenzijn, maar om veranderingen in de Katholieke Kerk te bespreken en kenbaar te maken aan de hele wereld.
Hoe dat uit zou pakken, daar kwamen we later pas achter. Paus Johannes kon echter zijn werk niet afmaken. Hij overleed in 1963 en zijn opvolger paus Paulus de 6de (1963 – 1978) moest het karwei afmaken. Er werd heel wat vergaderd in het Vaticaan en eind 1965 was het dan ook zover. Na de bekendmaking van veel veranderingen schudde de katholieke wereldkerk op haar grondvesten.
Katholiek Nederland stond op zijn kop
De kranten stonden er vol van en ook op de televisie waren er vele discussieprogramma’s aan gewijd (gepaste term trouwens in deze serie). Bisschoppen en theologen konden de veranderingen uitleggen, maar ook ‘gewone katholieken’ mochten hun mening ventileren. Want waar gingen al die veranderingen eigenlijk over? Laten we er maar een paar noemen, je kan het je nu anno 2021 bijna niet meer voorstellen dat het zo vroeger was. Bijvoorbeeld dat het bijwonen van de H. Mis op zondag niet meer verplicht was na het Tweede Vaticaans Concilie en… dus ook geen zonde meer was als je verstek liet gaan om welke reden dan ook. En alleen met Pasen moest er nu verplicht gebiecht worden om goed het paasfeest te kunnen vieren. Maar de ‘gewone’ biecht werd aan iedereen zelf overgelaten Een nog ingrijpender ingreep was dat de H. Mis vanaf die dag in de landstaal moest worden opgedragen. Maar dat was nog niet alles, want daarom moest er in de kerken ook een tweede altaar gebouwd worden, een zogenaamd ‘concilie-altaar’.
Nederlands gezang in de roerige zestiger jaren… en nu nog!
Het liturgisch centrum moest dus stevig worden aangepast. Want vanaf december 1965 stond de priester met zijn gezicht naar de gelovigen toe. En het ‘Oremus’ werd daardoor ook een ‘Laat ons bidden’. Dit alles was om de aanwezige gelovigen meer te betrekken bij het gebeuren op het altaar. Tenslotte werd het offer in de viering niet alleen door de priester gebracht, maar door de hele kerkgemeenschap.
Ook het zingen in onze eigen taal was voor velen nieuw, behalve dan natuurlijk de bekende Maria- en kerstliederen. Maar ook de meeste Gregoriaanse gezangen verdwenen, gelukkig niet helemaal, en de koren zongen deze alom bekende teksten en psalmen dus alleen nog op hoogtijdagen. Dit was voor veel katholieken een aanslag op hun ‘Rijke Roomsche leven’. Er waren in den lande dan ook parochies die deze Gregoriaanse gezangen met de Latijnse Mis eens per maand lieten opdragen. Dat was voor vele vaste kerkgangers een soort van genoegdoening.
‘Het oude gevoel met kerst- en paasvieringen’
Er ontstond toch bij veel mensen een aarzeling in hun geloofsbeleving, want plotseling was de ‘plicht’ een eigen keuze geworden. Gelukkig bleven vele gelovigen trouw aan de kerk in haar nieuwe vorm. Maar het aantal mensen dat niet meer naar de zondagsmis kwam, nam wel toe. Met uitzondering van de hoogfeesten van Pasen en Kerstmis, toen puilden alle kerken weer uit hun voegen. Het oude saamhorigheidsgevoel was dus misschien weer even terug.
Er waren nog meer veranderingen en daar kwamen de gelovigen in de loop der jaren achter. Gelukkig kwamen een heleboel gelovigen wel naar de kerken en bleven deze dus niet leeg. Door al deze veranderingen kon iedere katholiek voor zichzelf de eigen verantwoordelijkheid voor het geloof bepalen.
Een knipoog naar het katholieke geloof
Anekdote om te laten zien dat er in die jaren vanaf 1966 luchtiger, en zoals hier met een knipoog, naar het katholieke geloof werd gekeken: ‘Een oudere pastoor is op bezoek bij de bisschop. Bij het drinken van een kopje thee trilt de hand van de pastoor nogal. Vraagt de bisschop: ,,Drinkt u veel?” Antwoordt de pastoor: ,,Nee monseigneur, het meeste gaat ernaast!” (vrij naar Wim Sonneveld met zijn conference over frater Venantius)’
Richard Hulmer
Denkend aan vroeger… schrijft u ook mee?
Op deze maandag 8 november verscheen hierboven deze speciale aflevering over wat het Tweede Vaticaans Concilie voor de kerkgang en de inrichting van ons kerkgebouw betekende. Ook deze aflevering in de serie ‘Denkend aan vroeger…’ van de hand van Richard Hulmer is door hem met groot enthousiasme aan het papier toevertrouwd na het nodige speurwerk. Komende vrijdag 12 november verschijnt deze aflevering natuurlijk ook in de digitale nieuwsbrief.
Hij zal met deze aflevering van ‘Denkend aan vroeger’, en later ook nog zeker met zijn laatste bijdragen van 2021, elke maandag op deze website over o.a. werkgroepen, individuele vrijwilligers, oudere parochianen en koren zichtbaar maken wat een bruisende en dynamische parochie(kern) we altijd met elkaar zijn geweest en blijven in alle jaren.
Maandag 15 november plaatst Hulmer een nieuwe aflevering op deze website, waar hij met een vierde aflevering van het Katwijkse katholieke onderwijs ingaat in woord en vele beelden op de katholieke scholen in de nieuwbouwwijk (toen) van de Hoornes. Middels deze wekelijkse afleveringen beleven we zo het 175-jarig jubileum van onze parochie(kern). En we gaan zo met elkaar vol vertrouwen de toekomst tegemoet.
Ik kan u ook verklappen dat we met de evenementencommissie de mogelijkheden van een uit te geven boekje met de bundeling van de 52 wekelijkse afleveringen van deze serie. We houden u op de hoogte. Wat zou u ervan vinden als dat gaat lukken?
Namens de evenementencommissie,
Gerard Bol.