Mantelzorg… heeft dat woord een bijbelse geschiedenis?

Sinds een jaar of tien is het woord ‘mantelzorg’ volkomen normaal in de Nederlandse taal en samenleving. Het is eigenlijk een heel gewoon woord geworden dat we dagelijks horen en gebruiken. We lezen erover en er zijn vele mensen die ook mantelzorg verlenen. Dat houdt in dat de vrijwillige mantelzorgers hulp verlenen aan familie, vrienden, ouders en kinderen en ook buren. Wat dat betekent is voor iedereen anders. Dat kan zijn een spelletje spelen, op bezoek gaan, het eten verzorgen, helpen met boodschappen halen en zo zijn er nog tal van andere dingen te noemen.

Het zijn dus de mensen in je omgeving die dit doen zonder financiële bijbedoelingen. Dus niet de ‘beroeps groep’ die een opleiding heeft gehad in het begeleiden en verzorgen van zieke mensen en in loondienst zijn. Natuurlijk is er ook alle hulde voor deze verzorgers. Als je een beetje nadenkt komt, bij mij tenminste, de vraag naar boven: ,,Waar komt het woord mantelzorg vandaan en dan specifiek het woord mantel?”

Komt het van Sint Maarten?

We kennen allemaal het kinderliedje ‘Sint Maarten, Sint Maarten, de koeien hebben staarten’.  Rond 11 november gaan dan kinderen langs de deuren, zingen dit liedje en hopen op een handje vol snoep. Want die datum is de feestdag van de heilige Martinus van Tours. Hij is geboren in het jaar 315 als zoon van een Romeinse militair en hij ging ook het leger in, totdat hij zich aangetrokken voelde tot het christelijk geloof. Toen hij gelegerd was in Amiens in Frankrijk heeft hij de helft van zijn mantel afgescheurd en aan een halfnaakte bedelaar gegeven. Zou hij dan de eerste ‘mantelzorger’ geweest zijn? En zou daar dus de naam van afgeleid zijn? Ik weet het niet.

Of was het bij de barmhartige Samaritaan?

Als we nog verder terug gaan, dan lezen we in de bijbel de parabel van de ‘barmhartige Samaritaan’. Jezus hield zijn volgelingen voor goed te zorgen voor de naaste die hulp nodig had, ongeacht wie of wat hij was. In deze parabel sloeg dit vooral op de joodse priester en de leviet, die de beroofde- en verwonde reiziger links lieten liggen, terwijl de Samaritaan hulp verleende en voor hem zorgde. Ook zorgde hij voor onderdak en betaalde de waard van de herberg alle kosten. Dit zou voor velen van ons, of je nou christelijk bent of niet, het ultieme voorbeeld van mantelzorg kunnen zijn. Vooral in de huidige tijd, met de vergrijzing, de grote veranderingen in het dagelijks leven en de eenzaamheid, nodigt ons allen uit om ons heen te kijken en hulp te bieden aan ieder die het nodig heeft. Niemand kan in de toekomst kijken, maar wie weet heb je later zelf ook mantelzorg nodig.

Richard Hulmer