Het verhaal achter de palmpaasstok

De palmpasenstok of palmpaasstok bestaat uit twee stokken in de vorm van een kruis en wordt met Palmpasen gemaakt. Het wordt vooral in Nederland en de Antwerpse Kempen gemaakt in kerken en op katholieke- en christelijke basisscholen. Aan het einde van de kerkdienst en de aansluitende palmpaasoptocht worden de palmpaasstokken door de kinderen vaak uitgedeeld aan ouderen of zieken in de parochie / gemeente. Van oudsher is het een rooms-katholieke traditie, maar in de eenentwintigste eeuw wordt de symboliek ook in protestantse en evangelische kerken gebruikt. Er zijn bepaalde vaste attributen bij, die elk een eigen betekenis hebben. Voor de vele kinderen en ouders die er al één gemaakt hebben leuk om te lezen en misschien voor al die anderen een stimulans om er thuis nog één te gaan maken?

  • Kruisje:
    Staat symbool voor het kruis waarop Jezus stierf op de avond van Goede Vrijdag. Deze wordt ook wel vervangen door een horizontaal zonnerad. Op Palmzondag weten de mensen dat nog niet; dan is het nog feest. Het kruis is nu nog verborgen onder de versiering.
  • Crêpepapier:
    De palmpaasstok wordt versierd met crêpepapier en groen is de kleur van de hoop en geel is de kleur van de zon, het licht. 
  • Palmtakken:
    Staan symbool voor de intocht in Jeruzalem op Palmzondag op een ezeltje. In Nederland worden deze vaak vervangen door buxustakken. Deze takjes kunnen mee naar huis gegeven worden om achter het kruisbeeld te steken. Daar blijven ze zitten tot Aswoensdag volgend jaar. Ze zijn symbool voor eeuwig leven.
  • Het broodhaantje:
    Het haantje van brood staat symbool voor het breken en verdelen door Jezus van het brood bij het laatste avondmaal op Witte Donderdag. De haan staat symbool voor de haan die één keer, volgens Marcus ook nog een keer ter waarschuwing, kraaide nadat Petrus drie keer had gezegd dat hij Jezus niet kende in de vroege ochtend van Goede Vrijdag. Ook verwijst de haan naar de paasmorgen, de ochtend van de verrijzenis. De haan is de eerste die de paasmorgen begroet. Het broodhaantje wordt pas met Palmpasen op de stok gezet.
  • Eitjes en snoep:
    Staan symbool voor nieuw leven op Pasen en geven aan dat Palmpasen een feest is. Denk bijvoorbeeld maar aan chocoladepaaseitjes, doe ze in een zakje en hang ze aan de stok.
  • Spekjes:
    Deze staan symbool voor de spons die de soldaten Jezus aanreikten.
  • Zuurstok:
    De zuurstok verwijst naar de lans waarop de soldaten de spons met zure wijn drukten.
  • Sinaasappel / mandarijn:
    Een sinaasappel of mandarijn smaakt soms een beetje zuur net als de zure wijn die de soldaten aan Jezus te drinken gaven.
  • Dertig rozijnen:
    Staan symbool voor de dertig zilverlingen waarvoor Judas Jezus verried. Tegenwoordig worden in plaats van rozijnen ook andere snoepjes gebruikt.
  • Twaalf pinda’s:
    Deze verwijzen naar de twaalf apostelen.
  • Pelpinda’s:
    Een pelpinda heeft twee kanten waar de pinda kan openbreken. Dit geeft de keuze van Pilatus aan: moest hij Barrabas of Jezus vrijlaten? Tip: rijg ze aan een draadje met naald en draad.
  • Kransje:
    Soms ook vervangen door een kroon. Staat symbool voor het koninklijke van Jezus. Jezus als ‘koning’ van zijn wereld, het Rijk Gods.

Ook in vele andere landen worden op Palmzondag vergelijkbare stokken gemaakt. Er is vermoedelijk ook een relatie met de gebruiken rond de meiboom, het Romeinse labarum en het zonnerad. Altijd leuk om aan de palmpasstok een kaartje / kaartjes te bevestigen met daarop lieve woorden om iemand een Zalig Pasen te wensen en als een steuntje in de rug.
Gewoon doen!